Bij creativiteit
gaat het om associëren, linken leggen waar niemand dat nog gedaan heeft. Je
onderscheiden van de concurrentie door middel van “iets unieks” is nu hot topic
in de productie- en marketingwereld, ook wel de creatieve industrie genoemd. Gelukkig
hebben wij als mensen het cognitieve vermogen om innovaties te bekokstoven en
zitten we niet vast aan onze beperkte programmatuur van een computer of aan een
primitief instinct van een slak. Daarmee zijn we dus gezegend. Toch is de mens
niet uniek wat het creativiteitsvermogen betreft.
In de natuur is
creativiteit een resultaat van toeval en daardoor ook van kansberekening. Een
witte muis moet een kans hebben om jongen te krijgen. Die generatie moet een
kans hebben om toevallig bruiner pigment te produceren door een genetische
mutatie, moet toevallig overleven en bovendien nageslacht krijgen dat de nieuwe
pigmenteigenschap weer overneemt. Ondanks zo’n bruine muis beter gecamoufleerd
is en daardoor over het algemeen betere overlevingskansen heeft, kan het ook
zijn dat hij desondanks een pechvogel is, die tijdens het kaaszoeken in het
nest van zijn jager de heer des huizes tegen het lijf loopt. Dat is zonde, want
de bruine vacht zou de muizen op de lange termijn veel voordeel brengen.
Alles moet dus
wel precies op z’n plek vallen in de evolutie. Dat kost aardig wat tijd. Het is
een kwestie van de juiste nucleotiden die op het juiste moment in de juiste
omgeving muteren. Stel dat er langgeleden een man was met vleugelgenen, dan
zouden we daar nu transportief profijt van kunnen hebben. Maar de arme stakker
vloog gelijk tegen een boom aan, en van zo’n oen wilde natuurlijk geen enkele
vrouw kinderen krijgen. Een betere eigenschap hoeft dus niet per se te overleven
zodra hij de mutatiefase voorbij is.
Maar even terug
naar de muizen. Nou blijkt dat die donkere vacht niet alleen beter is voor de
beschutting, maar ook voor warmtebehoud. Die associatie had niet iedereen
meteen gezien. Dit getuigt dus van creativiteit in de evolutie.
Een ander
voorbeeld: ontlasting. We hebben er allemaal wel eens last van. Maar door de
evolutie zijn sommige dieren die lastige afvalstoffen gaan gebruiken om zo hoog
mogelijk tegen een boom hun territorium af te zetten. Geniaal toch? Wij, jaren
en jaren later gebruiken nu straatnamen en huisnummers die we toch nooit kunnen
onthouden, in plaats van zo creatief te zijn om onze lichting voor de deur te
lozen en te zeggen: ‘ruik maar hoe je d’r komt.’
Met Moeder Natuur
gaat het misschien allemaal wat langzamer dan dat een slimmerik na een avondje
broeden opeens al ‘Eureka’ roept. En we hebben niet allemaal de luxe van het
eeuwige leven om die tijd uit te zitten. Toch is die creativiteit gebaseerd op
toeval en tijd fascinerend. Zo kunnen we ons leven ook verbeteren zonder de
hulp van menig mastermind. Wie dus niet zo creatief is, moet gewoon heel lang
wachten.