Ik had de laatste
hectische weken van mijn Tamperebestaan nog niet beschreven. Ten eerste was er
nog dat project voor de Finnish Educational Evaluation Centre (FINEEC), ten
tweede moest er afscheid genomen worden van iedereen die vroeger vertrok en ten
slotte waren we met een klein groepje nog warm geworden was voor een laatste
tripje. Eenmaal thuis moest ik nog
coderen voor een verlate opdracht van een big data-gerelateerd vak. Dat leek
het laatste dat ik nog met Tampere te maken zou hebben, tot er de gelegenheid
ontstond om daar in de zomer terug te keren als werkstudent.
Het project om de
Finse educatie nog verder te verbeteren en de mogelijke summer job liepen beide
via Demola: de organisatie die studenten, universiteiten en organisaties
verbindt en innovatie bevordert. Mijn werk werd steeds enthousiast ontvangen
(wetenschappelijke artikelen analyseren en brainstormen zijn blijkbaar
exclusieve vaardigheden) en toen ik uiteindelijk zelf de eindpresentaties van
ons project gaf, werden ook die lovend beoordeeld. Veel belovend in mijn ogen,
want “ons” werk zou afgekocht kunnen worden als FINEEC tevreden was. Maar dat
was nog een maand afwachten geblazen.
Ondertussen
vertrok ik met drie anderen naar de “Lake Lands”, het Oosten van Finland. Ook
al zijn de meren nergens schaars in Finland, scheen dit gebied extra mooi en
rustgevend te zijn. We overnachtten in een summer cottage, wat typisch is voor
de traditionele Fin. Je trekt je terug naar je huisje aan het meer om van de
rust te genieten, en natuurlijk om in het water te kunnen duiken na de
hartverwarmende houtkachelsauna. Na drie dagen was het mini avontuurtje weer
voorbij, bezochten we op de terugweg nog een National Park en was het in
Tampere helaas tijd geworden om ons op het ultieme Finse vertrek te richten.
Dan weer over
Demola: de organisatie liep te koop met haar internationale connecties en
uitgebreid netwerk, met de verbondenheid van one big family. Ik voelde me
aangetrokken tot de creatieve uitdaging in het buitenland en vroeg of ze
misschien iets wisten waar ik terecht kon voor een baan of afstudeerproject,
waar dan ook. Zo wist ik bijvoorbeeld dat er in Budapest ook een Demola filiaal
gehuisvest was. Daar zou vast iets qua IT innovatie aansluiten op mijn
afstuderen. Daaruit kwam toen het aanbod om twee maanden in Tampere te werken. Wederom
een project omtrent educatie, ditmaal voor het ministerie. Eerst dacht ik dat
het aanbod iets te maken had met mijn eerdere gewaardeerde werkresultaten voor
FINEEC, maar al snel werd het duidelijk dat ik niet anders was dan een anonieme
sollicitant. Strikt zakelijker kon het contact niet geweest zijn. Alles wat ik
meer zei dan om het daadwerkelijke vervullen van het uitzendkrachtwerk werd
genegeerd. One big family? Een beetje bullshit.
Uiteindelijk
bleek de Finse taal ook nog een rol te spelen bij het ministerie. Zo moest ik
het afleggen tegen een Finse student die verder soortgelijke ervaring had met
User Experience Design. Jammer, want ondanks ik me verkeken had op de Demola-filosofie,
was dit project wel nog veelbelovend. Het project voor FINEEC werd uiteindelijk
niet gefinancierd, en ook de interessantste columns waren niet van onze handen
afkomstig; daar bleek ook nog een uitreiking voor te zijn. De winnaars
bestonden uit wat volwaardigere teams met actieve en enthousiaste leden; zouden
“wij” met de schrijverserkenning geëerd mochten worden, dan zou ik de enige
aanwezige geweest zijn om die in ontvangst te nemen.
Ontevreden ben ik
desondanks alleen over de toebedeling en inzet van teamgenoten. Persoonlijk heb
ik me nog nooit zo waardevol gevoeld voor het praktische werkleven, elke keer
als ik na een effectieve Google Scholar sessie voldaan van het Finlaysonterrein
afliep, high van de koffie en een banaantje. Hier kunnen we iets mee, dacht ik.
Iets dat het Finse onderwijssysteem echt in praktijk gaat brengen. Zeker met de
positieve verbazing die mijn ideeën teweeg brachten. Daarnaast was de final
pitch vanaf dag één al mijn uitdaging om met een goede voorbereiding mijn
presentatieangst te overwinnen. En daarin ben ik ook geslaagd; de dag erna deed
ik de presentatie voor het bedrijf zonder voorbereiding (onvrijwillig
tijdsgebrek), maar ook zonder zenuwen. In vergelijking met een zero tolerance
tijdslimitiet van drie minuten voelde die tweede presentatie als een
bevrijding. Beide presentaties werden wederom gewaardeerd. Dus als het allemaal
zo gewaardeerd wordt, wie gaat er dan uiteindelijk brood voor op mijn plankje
leggen?
Of de officiële opname van de livestream. Op 1 uur en 22 minuten (39 minuten en 30 resterend, staats rechts): https://www.facebook.com/uusitehdas.demola/videos/10154618843740954/