vrijdag, april 05, 2019

Externe column: Homo Dataeus

Externe column: Micro-triatlon

Half Eindhoven ligt open. In alle prijsklassen wordt flink bijgebouwd en de bijliggende straten krijgen een facelift. Elke keer als ik naar het zwembad fiets, stap ik noodgedwongen regelmatig af en trap ik weer bij op de nog intacte straten. Zo is het steeds een micro-triatlon voor het goede doel, want ondanks de bijbouw blijft de huizenmarkt vooral vrágen.
Zelf zit ik nog even goed, maar ik snap de onrust van hen die in woningnood verkeren. Met de fiets aan de hand denk ik aan de startende gezinnetjes die straks hun geluk niet op kunnen. De kinderen een eigen kamertje.  's Avonds gezellig met z'n allen aan tafel voor het eten uit de frisse en fruitige keuken. De nieuwige IKEA-geur die een tijdje blijft logeren. Er moet hier en daar wel nog wat na-geklust worden, maar dat drukt de pret niet. Want oost of west, het is hun nieuwe thuis best.
Andere fietsers gunnen zichzelf geen genot terwijl ze gefrustreerd over de stoepen vliegen, voorbij aan de terloopse wandelpauze voor empathische voorpret. Ze kunnen niet wachten. Gelukkig is één straat al voorzien van dakpanrode klinkers. Het ziet er puik uit. De nieuwe vlakte van het wegdek belooft snelheid die de afgelopen 'looptijd' gaat compenseren. Een win-winsituatie. Misschien moet ik dan wel even mijn aftandse remmen vervangen voordat ik straks een nieuwe bewoner aan mijn voorwiel heb hangen.
Wie weet pakt het straks allemaal anders uit. Zitten de verhuisden zich te ergeren aan de beginnersproblemen van een nieuwbouwhuis. En aan die drukke, hobbelloze straat voor hun huis langs, waar iedereen weer gezamenlijk overheen sjeest. Dan heb ik ze in ieder geval het beste gegund. En dat goede gevoel nemen ze me niet meer af.

zaterdag, januari 26, 2019

Op de Schouders van de Duurzame Titaan


Atlas. Op de middelbare school veruit het dikste boek dat je mee naar school moest sleuren, op de TU/e straks het gaafste gebouw dat er te vinden is. Het staat model voor duurzame renovatie. Het vlaggenschip op de campus en als een Phoenix herrezen uit de as, daarover geen twijfel. Toch heb ik wat gemengde gevoelens bij enkele praktische puntjes.
Aan buitenstaanders vertel ik trots dat óns hoofdgebouw het meest duurzame gebouw van de wereld is. Tot nu toe liet ik daar het woordje ‘onderwijs’ bij weg. Wist ik veel. Op welke lijst of op welke positie het gebouw dan ook precies gerangschikt staat, innovatieve (binnenshuis)architectuur mag altijd rekenen op mijn waardering. Maar over de combinatie ‘moderne architectuur’ en ‘het nieuwe werken’ maak ik me een beetje zorgen.
Mijn zus vertrekt bijvoorbeeld altijd een uurtje eerder naar haar werk op weg naar zo’n moderne werkomgeving. Want wie niet vroeg is, is te laat. En als ik aan het, eveneens indrukwekkende, MetaForum denk, waar het zelfs op maandag na de tentamenweek nog zoeken is naar een plekje, kijk je er toch wat praktischer naar. Hadden ze al die grote gapende gaten niet gewoon moeten volplempen met meer werkplekken?
Eigenlijk had ik überhaupt niet verwacht nog student te zijn in het Atlas-tijdperk. Ik ben het echter nog steeds, dus moet ook ik in 2019 mee verhuizen en ben daar zelfs zijdelings bij betrokken als het gaat om de digitalisering van het nieuwe werken. Dat begon met veel papier en het enthousiast afvoeren van boeken. Want het gebouw Atlas heeft natuurlijk niets met dikke naslagwerken.
In de Griekse mythologie was Atlas een van titanen. Voor eeuwig moest hij het hemelgewelf op zijn schouders dragen. Daar is heel wat uithoudingsvermogen voor nodig. Ik hoop dat het gebouw met de naam van die illustere Griekse held, die naam eer zal aandoen. Houden de schouders onder dit duurzaamste der duurzame onderwijsgebouwen het in de toekomst uit onder de druk van naar een werkplekje zoekende gebouwgebruikers en de nog altijd aanzwellende studentenstromen? Hopelijk wennen we snel aan het moderne werken en studeren in deze herboren titaan.

Catching more benefits than just the ZZZ's

dinsdag, november 20, 2018

Lichtelijk vermaak


Het regende, regende, en de pannetjes werden nat. Afgelopen zaterdag had ik medelijden met iedereen die betrokken was geweest bij de organisatie van GLOW. In zo’n weer zou zelfs geen hond de lichtshow komen bekijken. Ondankbaar, maar waar? Gelukkig niet. Zelf wacht ik, ondanks de positieve recensies, nog op de klapper. [Spoiler alert voor de vrijdag- en zaterdaggangers!]
De route voelde al snel als een zoektocht naar meer. Meer dan de lantaarnpalen met externe LED-verlichting en de sporadische klanken om je op weg te houden. Het werd nadrukkelijk verboden om van het drassige padje af te gaan. En dat terwijl het blauwe licht in de verte zo veelbelovend leek. Wat ‘gewoon’ het Pullmanhotel bleek te zijn.
Blijkbaar ben ik kritischer geworden. Of cultuur-barbarischer, waardoor de nuance en diepere betekenissen compleet aan me voorbijgingen. Zo heb ik bijvoorbeeld niks meegekregen van het sociale IGNITE lichtkunstwerk. Misschien lag het ook aan de temperatuur, ik blijf tenslotte een Koumans.
Gek genoeg kijk ik tijdens GLOW altijd uit naar het geluidsgebruik. Een kenner kan vast zeggen wat er voor jongens onder de waterdichte vuilniszakken hangen. Het moet wat kosten om in de open ruimte van die dikke en diepe sounds te produceren. Er hangt elk jaar zoveel potentie in de lucht, maar meestal loopt de muziek altijd op naar een hoogtepunt dat er nooit zal komen. In plaats daarvan begint de spanningsopbouw van voor af aan voor de volgende lichting voorbijgangers. Altijd weer hetzelfde liedje.
Daarentegen waren de Lichttoren en het klassiekertje op de kerk meer dan de moeite waard. Die zaten qua licht/geluid-combi perfect in elkaar en de bewegende lichtpixels sloten naadloos op de gevels aan. Het was het formaat spektakel waar ik onderweg veel vaker tegenaan had willen lopen.
Aankomende zaterdag zit ik in het Philips Stadion voor de extra lichtshow. Naar verluidt juist een tikkeltje teveel sensatie. Wellicht precies waar ik op zoek naar was. De GLOW-week hiermee mogen afsluiten klinkt me daarom als muziek in de oren. En dat op de plek waar PSV al het hele seizoen loopt te shinen. Volgens mij wordt GLOW gewoon weer een topshow.





woensdag, november 07, 2018

Marokko


Op verzoek, de link naar het Marokko-reisverslag:

Klik hier

Met het genoemde muziekje:





zondag, november 04, 2018

SSC wijst sporters op alleenrecht beeldmateriaal in kleedkamers



Het zou niet nodig moeten zijn: stickers op de kleedkamerdeuren die het verbieden om foto’s en video’s te maken. Toch blijken bezoekers te vergeten van wiens faciliteiten ze gebruik maken. Door de stickers hoopt het Studentensportcentrum dat het beter blijft hangen wie de baas van het beeldmateriaal is.

Onnodig én een beetje flauw, volgens sportcentrumdeskundige Boris Loep. Hij vindt dat sportgangers in het SSC zich naïef opstellen door zelf opnames te maken in de kleedkamers. “In een bioscoopzaal weet je ook maar al te goed dat filmen verboden is. Ondanks je voor je kaartje hebt betaald.”

Loep legt uit dat dit past bij het verdienmodel van het SSC. “Je ziet dit vaker. Een breed sportprogramma voor een goedkope prijs, maar met het behoud van beeldmateriaal in de kleedkamers. Bij sportcentra waar je vrij mag filmen en fotograferen, betaal je dan ook meer voor een abonnement.”





Tussen verdoemd en verheerlijkt vlees



"Wie nu nog vlees eet, is echt een holbewoner". Ik zal de geciteerde anoniem houden, maar het had subtieler gekund: opmerken dat de vleesindustrie niet meer van deze tijd is. Subtieler gemóéten eigenlijk, want ondanks dat vlees veel vergt van mens en milieu zit niemand op zulke terechtwijzingen te wachten. Vaak werkt het juist averechts waarmee een goed initiatief tot een inhoudsloze strijd verbastert. Dat werd duidelijk toen het weerwoord volgde: "Volgende keer ga ik lekker een kilo biefstuk voor je neus opvreten".

Redenen om de vleesconsumptie te verminderen, moeten informerend en niet minachtend gebracht worden. Als een serieuze doch vriendelijke suggestie, een middel om goed te doen. Van nature is niemand zo duivels om mens en milieu te schaden. Bewustzijn en kennis groeien weliswaar, maar de gevolgen zijn niet direct waarneembaar. En de vanzelfsprekendheid waarmee vlees ten overvloede in de schappen ligt en de hoofdrol vervult in de meeste recepten, maakt het er niet beter op. Dat dierenleed een dingetje is, lijkt intuïtiever en wordt al langer voor lief genomen. Maar waarom zou men ook de link leggen tussen wereldproblemen zoals voedseltekorten, natuurrampen en een onschuldig lapje vlees?

Bewustzijn is helaas niet het hele eieren eten. Gewenning voorkomt vaak dat mensen de knop omzetten. Psychologisch gezien praat gemak veel goed. Daarnaast wordt onterecht gedacht dat vlees een cruciaal bestanddeel van je voeding is én broodnodig voor een lekker maal.

Daarom werkt het bieden van alternatieve smaakmakers wellicht beter dan het louter verdoemen van vlees. Daarmee kan iemand een verschil maken zonder iets op te hoeven offeren. Met bijvoorbeeld de volheid van peulvruchten, noten, oliën, of zout en de kruiden waar vlees vaak zijn smaak aan dankt. Liever niet met andere dierlijke producten; zo is koeienkaas bijna net zo vervuilend. 

Met een appetijtelijke koerswijziging werk je efficiënt globaal voedseltekort, de klimaatverandering en natuurrampen tegen. Je afval scheiden is er niets bij. Vliegvakanties afblazen en de auto de deur uit doen zijn natuurlijk ook effectief. Maar vlees vervangen met een smakelijk en socialer alternatief is vele malen makkelijker.

Voor wie alleen de motivatie of alternatieven mist, kan de afkeuring van een verheven veganist tegenwerken. En bij sommigen lijkt vlees eten er gewoon te sterk ingebakken. Jammer dan. Veel, weinig of geen vlees eten is nog altijd een vrije keuze. Maar laat het dan op z'n minst een bewuste zijn.


donderdag, oktober 18, 2018

Werving van het Ware Werk

Vandaag kun je weer kick-offen met de Wervingsdagen. Een hele happening met het uiteindelijke doel de eerste carrièrestappen te bedrijven. Een goed doel, want vaak zijn de werklevensverwachtingen nog wat wazig. Maar de kreten om in contact te komen, schrikken soms onnodig af.
Bedrijven die op zoek zijn naar studenttalent. Waar alleen de besten aan de bak kunnen. Het zijn quasi-uitdagende uitnodigingen met een nare bijsmaak. De top wordt extra opgezweept en de rest komt überhaupt niet in aanmerking. Door met relatieve maten te meten, wordt de druk opgevoerd en lijken veel opties weg te vallen. Dat idee is niet alleen stressgevoelig, maar ook misplaatst.
En toch neemt De Wervingsdagen het prestatiegerichte plaatje toepasselijk over. In 2016 luidde de campagnekreet nog ‘Are you the new super potential?’ en vorig jaar stond de presentatie ‘Hoe word ik succesvoller dan mijn collega’s?’ op het programma. Al met al klinkt het een tikkeltje uit de hoogte, zelfs voor universitaire technici. Want wat dat betreft, zitten we allemaal al op en top gebakken.
Zelfoverschatters
Bovendien snijden bedrijven zichzelf in de vingers met deze veeleisendheid. Want zelfonzekerheid is, eerder dan eigendunk, een teken van bekwaamheid. Dus als mogelijke werknemers hun eigen talent moeten kwalificeren, zou dat slecht kunnen uitpakken. In het ergste geval komen de zelfoverschatters opdagen terwijl de stille krachten wegblijven.
Ondertussen weet ik wel beter: bedrijven bedoelen het helemaal niet zo. Vaak blijken eisen slechts voorkeuren en is elke kennismaking welkom. Eenmaal in gesprek met werknemers krijg je gelukkig de genuanceerde kant te horen. Dat je namelijk in staat moet zijn om nieuwe vaardigheden aan te leren en met de tijd mee kunt gaan. Uiteindelijk gaat het om aanpassingsvermogen op basis van een technische insteek. En daarvoor zijn vooral motivatie en energie nodig.
Soms lijkt het alsof bepaalde vaardigheden een pre zijn en het aanleren ervan geen deel uitmaakt van een carrière zelf. En dat alleen de besten bij succesvolle bedrijven mogen aankloppen. Het is jammer dat het reëlere en daarmee rustgevende toekomstbeeld, waarin werken draait om gemotiveerd blijven bijleren, niet al wat eerder wordt opgehelderd. Want iedereen kan zich waardevol ontwikkelen; niet enkel de super potentials.


woensdag, oktober 17, 2018

Entertain your brain with nothing and all


‘Dude, put that freaky thing away!’, a friend of mine used to say when I had opened a book in his presence.  He wasn’t one of my 3 high school peers that did the actual reading for the literature course. Books were plainly boring. And if you switch off your effort to vivify, he is right: a literature book is a bundle of papers overly filled with black jitter.
The written story itself doesn’t do any exciting tricks, but your imagination does (ask SpongeBob). With a 50 inch plasma 3D television screen, my friend didn’t have any reason to put effort into triggering his own imagination. Combined with a subwoofer as big as a washing machine, his home theater did an awesome job doing the dirty work for him.
Actually we don’t need a lot in the outside world to entertain ourselves. Kids are the classics here. I have to admit I needed to repeatedly watch either “Snow White” or “Dumbo” when I was very young, but after that the only thing I needed was to run around, fantasizing about knights, adventures and dogs playing soccer.
While books and board games have their fair share, immersive movies and video games keep on rising due to technological improvements. They almost provide the real deal experiences and are highly accessible in terms of required effort. Take the future itself. You don’t necessarily need a game or movie to get excited about it, but of course there is. Like the recently released movie “Ready Player One”. If you are afraid it will make your brains too lazy or if you are just a pro-books person, don’t worry about this one; it’s based on the book by Ernest Cline.
Search engines and data storage make our brains forget about specific information but improve our memory where and how to find information. Will entertaining technology make our imagination lazier but foster the ability to excite ourselves by external tools? Or is imagination too distinct and essential to be replaced in this way? Probably internal imagination and external inspiration remain to co-exist. As much as I appreciate the convenient thrill of my friend’s home theater, I will keep on reading stories as well. It just feels like another dimension.

Bron: