dinsdag, april 19, 2011
De taal van de wiskunde
Er zijn alfavakken en bètavakken, waarbij ook alfamensen en bètamensen behoren. De alfamensen zijn begaan met talen en zullen ook waarschijnlijk betere sprekers en schrijvers zijn dan de bèta’s. Bèta’s houden namelijk niet van slappe praatjes maar van de exacte dingen, namelijk de cijfers, de berekeningen. Een perfect voorbeeld hiervan geeft les bij ons school, namelijk meneer Jhingoer.
Meneer Jhingoer is een Hindoe(zo ontdekte ik net via google) die wel veel Nederlandse woorden kent én ook gebruikt, alleen komt het niet altijd even makkelijk uit zijn strot. Eigenlijk komt het erop neer dat hij een zin maakt uit een paar zinsdelen, waartussen hij heel lang “uhh” zegt, en als je voor jezelf dan nagaat hoe de zin had geklonken als hij het vloeiend had uitgesproken, kom je tot de conclusie dat je er niks meer van klopt.
Gelukkig geeft hij geen lessen Nederlands of Literatuur, maar Wiskunde. Daarom kan hij stotteren en deeltjes zinnen aan elkaar lappen zoveel als hij maar wil, want met zijn formules en berekeningen op het bord vertelt hij alles al wat nodig is. Wat hij erbij brabbelt is nog net niet nutteloos, zonder dat hij iets zegt zou je het nog niet snappen. Door middel van gebaren, aanwijzen over welke factor hij het bijvoorbeeld heeft, komt hij al een heel eind.
Ondanks hij niet vloeiend spreekt, is hij wel heel spraakzaam en gebruikt de gekste uitdrukkingen en benoemingen. Zo kun je in formules “dingen erbij lappen” en als je fluit in de les zegt hij: hee, uhh, zou je die vogels is wat uhh, rustiger in bedwang kunnen houden?”. Een erg creatieve bèta dus, en heel erg sociaal bovendien.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
4 opmerkingen:
.
laatste alinea: 2 foutjes, 1 woordje ontbreekt en 1 woordje is 'straattaal'..
leuk om meneer jhingoer nu eens in het echies te zien
Hub, zou deze uhh meneer mogelijk uhh onze website uhh bezoeken?
laten we het uh, hopen van niet! Misschien heeft dat wel invloed op mijn cijfers.
Een reactie posten