dinsdag, november 20, 2018

Lichtelijk vermaak


Het regende, regende, en de pannetjes werden nat. Afgelopen zaterdag had ik medelijden met iedereen die betrokken was geweest bij de organisatie van GLOW. In zo’n weer zou zelfs geen hond de lichtshow komen bekijken. Ondankbaar, maar waar? Gelukkig niet. Zelf wacht ik, ondanks de positieve recensies, nog op de klapper. [Spoiler alert voor de vrijdag- en zaterdaggangers!]
De route voelde al snel als een zoektocht naar meer. Meer dan de lantaarnpalen met externe LED-verlichting en de sporadische klanken om je op weg te houden. Het werd nadrukkelijk verboden om van het drassige padje af te gaan. En dat terwijl het blauwe licht in de verte zo veelbelovend leek. Wat ‘gewoon’ het Pullmanhotel bleek te zijn.
Blijkbaar ben ik kritischer geworden. Of cultuur-barbarischer, waardoor de nuance en diepere betekenissen compleet aan me voorbijgingen. Zo heb ik bijvoorbeeld niks meegekregen van het sociale IGNITE lichtkunstwerk. Misschien lag het ook aan de temperatuur, ik blijf tenslotte een Koumans.
Gek genoeg kijk ik tijdens GLOW altijd uit naar het geluidsgebruik. Een kenner kan vast zeggen wat er voor jongens onder de waterdichte vuilniszakken hangen. Het moet wat kosten om in de open ruimte van die dikke en diepe sounds te produceren. Er hangt elk jaar zoveel potentie in de lucht, maar meestal loopt de muziek altijd op naar een hoogtepunt dat er nooit zal komen. In plaats daarvan begint de spanningsopbouw van voor af aan voor de volgende lichting voorbijgangers. Altijd weer hetzelfde liedje.
Daarentegen waren de Lichttoren en het klassiekertje op de kerk meer dan de moeite waard. Die zaten qua licht/geluid-combi perfect in elkaar en de bewegende lichtpixels sloten naadloos op de gevels aan. Het was het formaat spektakel waar ik onderweg veel vaker tegenaan had willen lopen.
Aankomende zaterdag zit ik in het Philips Stadion voor de extra lichtshow. Naar verluidt juist een tikkeltje teveel sensatie. Wellicht precies waar ik op zoek naar was. De GLOW-week hiermee mogen afsluiten klinkt me daarom als muziek in de oren. En dat op de plek waar PSV al het hele seizoen loopt te shinen. Volgens mij wordt GLOW gewoon weer een topshow.





woensdag, november 07, 2018

Marokko


Op verzoek, de link naar het Marokko-reisverslag:

Klik hier

Met het genoemde muziekje:





zondag, november 04, 2018

SSC wijst sporters op alleenrecht beeldmateriaal in kleedkamers



Het zou niet nodig moeten zijn: stickers op de kleedkamerdeuren die het verbieden om foto’s en video’s te maken. Toch blijken bezoekers te vergeten van wiens faciliteiten ze gebruik maken. Door de stickers hoopt het Studentensportcentrum dat het beter blijft hangen wie de baas van het beeldmateriaal is.

Onnodig én een beetje flauw, volgens sportcentrumdeskundige Boris Loep. Hij vindt dat sportgangers in het SSC zich naïef opstellen door zelf opnames te maken in de kleedkamers. “In een bioscoopzaal weet je ook maar al te goed dat filmen verboden is. Ondanks je voor je kaartje hebt betaald.”

Loep legt uit dat dit past bij het verdienmodel van het SSC. “Je ziet dit vaker. Een breed sportprogramma voor een goedkope prijs, maar met het behoud van beeldmateriaal in de kleedkamers. Bij sportcentra waar je vrij mag filmen en fotograferen, betaal je dan ook meer voor een abonnement.”





Tussen verdoemd en verheerlijkt vlees



"Wie nu nog vlees eet, is echt een holbewoner". Ik zal de geciteerde anoniem houden, maar het had subtieler gekund: opmerken dat de vleesindustrie niet meer van deze tijd is. Subtieler gemóéten eigenlijk, want ondanks dat vlees veel vergt van mens en milieu zit niemand op zulke terechtwijzingen te wachten. Vaak werkt het juist averechts waarmee een goed initiatief tot een inhoudsloze strijd verbastert. Dat werd duidelijk toen het weerwoord volgde: "Volgende keer ga ik lekker een kilo biefstuk voor je neus opvreten".

Redenen om de vleesconsumptie te verminderen, moeten informerend en niet minachtend gebracht worden. Als een serieuze doch vriendelijke suggestie, een middel om goed te doen. Van nature is niemand zo duivels om mens en milieu te schaden. Bewustzijn en kennis groeien weliswaar, maar de gevolgen zijn niet direct waarneembaar. En de vanzelfsprekendheid waarmee vlees ten overvloede in de schappen ligt en de hoofdrol vervult in de meeste recepten, maakt het er niet beter op. Dat dierenleed een dingetje is, lijkt intuïtiever en wordt al langer voor lief genomen. Maar waarom zou men ook de link leggen tussen wereldproblemen zoals voedseltekorten, natuurrampen en een onschuldig lapje vlees?

Bewustzijn is helaas niet het hele eieren eten. Gewenning voorkomt vaak dat mensen de knop omzetten. Psychologisch gezien praat gemak veel goed. Daarnaast wordt onterecht gedacht dat vlees een cruciaal bestanddeel van je voeding is én broodnodig voor een lekker maal.

Daarom werkt het bieden van alternatieve smaakmakers wellicht beter dan het louter verdoemen van vlees. Daarmee kan iemand een verschil maken zonder iets op te hoeven offeren. Met bijvoorbeeld de volheid van peulvruchten, noten, oliën, of zout en de kruiden waar vlees vaak zijn smaak aan dankt. Liever niet met andere dierlijke producten; zo is koeienkaas bijna net zo vervuilend. 

Met een appetijtelijke koerswijziging werk je efficiënt globaal voedseltekort, de klimaatverandering en natuurrampen tegen. Je afval scheiden is er niets bij. Vliegvakanties afblazen en de auto de deur uit doen zijn natuurlijk ook effectief. Maar vlees vervangen met een smakelijk en socialer alternatief is vele malen makkelijker.

Voor wie alleen de motivatie of alternatieven mist, kan de afkeuring van een verheven veganist tegenwerken. En bij sommigen lijkt vlees eten er gewoon te sterk ingebakken. Jammer dan. Veel, weinig of geen vlees eten is nog altijd een vrije keuze. Maar laat het dan op z'n minst een bewuste zijn.


donderdag, oktober 18, 2018

Werving van het Ware Werk

Vandaag kun je weer kick-offen met de Wervingsdagen. Een hele happening met het uiteindelijke doel de eerste carrièrestappen te bedrijven. Een goed doel, want vaak zijn de werklevensverwachtingen nog wat wazig. Maar de kreten om in contact te komen, schrikken soms onnodig af.
Bedrijven die op zoek zijn naar studenttalent. Waar alleen de besten aan de bak kunnen. Het zijn quasi-uitdagende uitnodigingen met een nare bijsmaak. De top wordt extra opgezweept en de rest komt überhaupt niet in aanmerking. Door met relatieve maten te meten, wordt de druk opgevoerd en lijken veel opties weg te vallen. Dat idee is niet alleen stressgevoelig, maar ook misplaatst.
En toch neemt De Wervingsdagen het prestatiegerichte plaatje toepasselijk over. In 2016 luidde de campagnekreet nog ‘Are you the new super potential?’ en vorig jaar stond de presentatie ‘Hoe word ik succesvoller dan mijn collega’s?’ op het programma. Al met al klinkt het een tikkeltje uit de hoogte, zelfs voor universitaire technici. Want wat dat betreft, zitten we allemaal al op en top gebakken.
Zelfoverschatters
Bovendien snijden bedrijven zichzelf in de vingers met deze veeleisendheid. Want zelfonzekerheid is, eerder dan eigendunk, een teken van bekwaamheid. Dus als mogelijke werknemers hun eigen talent moeten kwalificeren, zou dat slecht kunnen uitpakken. In het ergste geval komen de zelfoverschatters opdagen terwijl de stille krachten wegblijven.
Ondertussen weet ik wel beter: bedrijven bedoelen het helemaal niet zo. Vaak blijken eisen slechts voorkeuren en is elke kennismaking welkom. Eenmaal in gesprek met werknemers krijg je gelukkig de genuanceerde kant te horen. Dat je namelijk in staat moet zijn om nieuwe vaardigheden aan te leren en met de tijd mee kunt gaan. Uiteindelijk gaat het om aanpassingsvermogen op basis van een technische insteek. En daarvoor zijn vooral motivatie en energie nodig.
Soms lijkt het alsof bepaalde vaardigheden een pre zijn en het aanleren ervan geen deel uitmaakt van een carrière zelf. En dat alleen de besten bij succesvolle bedrijven mogen aankloppen. Het is jammer dat het reëlere en daarmee rustgevende toekomstbeeld, waarin werken draait om gemotiveerd blijven bijleren, niet al wat eerder wordt opgehelderd. Want iedereen kan zich waardevol ontwikkelen; niet enkel de super potentials.


woensdag, oktober 17, 2018

Entertain your brain with nothing and all


‘Dude, put that freaky thing away!’, a friend of mine used to say when I had opened a book in his presence.  He wasn’t one of my 3 high school peers that did the actual reading for the literature course. Books were plainly boring. And if you switch off your effort to vivify, he is right: a literature book is a bundle of papers overly filled with black jitter.
The written story itself doesn’t do any exciting tricks, but your imagination does (ask SpongeBob). With a 50 inch plasma 3D television screen, my friend didn’t have any reason to put effort into triggering his own imagination. Combined with a subwoofer as big as a washing machine, his home theater did an awesome job doing the dirty work for him.
Actually we don’t need a lot in the outside world to entertain ourselves. Kids are the classics here. I have to admit I needed to repeatedly watch either “Snow White” or “Dumbo” when I was very young, but after that the only thing I needed was to run around, fantasizing about knights, adventures and dogs playing soccer.
While books and board games have their fair share, immersive movies and video games keep on rising due to technological improvements. They almost provide the real deal experiences and are highly accessible in terms of required effort. Take the future itself. You don’t necessarily need a game or movie to get excited about it, but of course there is. Like the recently released movie “Ready Player One”. If you are afraid it will make your brains too lazy or if you are just a pro-books person, don’t worry about this one; it’s based on the book by Ernest Cline.
Search engines and data storage make our brains forget about specific information but improve our memory where and how to find information. Will entertaining technology make our imagination lazier but foster the ability to excite ourselves by external tools? Or is imagination too distinct and essential to be replaced in this way? Probably internal imagination and external inspiration remain to co-exist. As much as I appreciate the convenient thrill of my friend’s home theater, I will keep on reading stories as well. It just feels like another dimension.

Bron: 



zaterdag, oktober 06, 2018

Externe Column: Thinking outside the black box


Het begon met de onmenselijk hippe hersenen. De poster van Studium Generale die zijn aandachttrekwerk deed. Ik moest 'A post-human scenario' missen, maar richtte mijn pijlen op de buitenfilm bij de Zwarte Doos. Iets met een straatkat die Bob heette. Of eigenlijk precies zo. Ik ging in ieder geval voor de ambiance: een warme zomeravond onder de sterrendekens, met de subtiele lichtshow van Kennispoort als voor- en naprogramma. Gratis gezelligheid. Super relaxed. Behalve dat het werd afgelast.
Herman Finkers kan nog wat leuks maken van zo’n situatie: “De cursus ‘omgaan met teleurstellingen’ gaat wederom niet door”. En hij is niet de enige. Op het terrein van onze semi-studentenflat waren andere plannen. Internationale studenten die een buitenbios pop-upten met een betere bron dan buienradar.nl.
Het scherm bestond uit een wit laken tussen een boompje en een kapotte kamerlamp. Klaar voor de verkreukelde versie van Sjakie en de Chocoladefabriek. Pils en popcorn waren aanwezig. Super relaxed. Ik sloot aan bij het schattige rijtje op de grond, met gras onder de kont en bij sommigen in de mond. Gedroogd en gehaald bij de lokale koffiewinkel. Een stukje cultuur dat internationals graag in zich opnemen.
Het beeld waaide weliswaar een paar keer weg, maar de experience deed zeker niet onder voor een buitenfilm bij de Zwarte Doos. Een sporadisch bliksemschichtje in de verte, de eerste bui die symbolisch met de aftiteling samenviel.
Verborgen agenda
Studium Generale is er voor de algemene ontwikkeling. Niet alleen faciliteren, maar stiekem ook motiveren. Aanzetten tot creativiteit als het bijvoorbeeld even niet op rolletjes loopt bij de Zwarte Doos. Dat verklaart het afgelasten terwijl het drie uur lang droog bleef. Het is de verborgen agenda achter het posterprogramma.
Dus, de World Press Photo tentoonstelling niet naar wens? Loop even langs Meta, print je vakantiekiekjes op glossy A0-papier en hang ze in de gang. Het is een levensles die Studium Generale je al zwijgend meegeeft, want het initiatief moet vanuit jezelf komen. Of van internationale studenten om je heen. Pakken ze gelijk weer wat cultureels mee. Well played, SG.




Goed Geregelde Groente


To eat bio or not to eat bio. Het scala in de schappen neemt toe, alsmede de prijs. Ik doe daar aan mee zolang de portemonneevoorraad strekt. Want voor groente lijkt het gezonder dan die pesticidedragers. Een onafwasbaar laagje chemicaliën dat op nanoscopisch niveau de lichaamscellen beknelt. Ik schrob me dood, maar het beeld blijft vaak plakken bij gangbare groentes. Dat gangbaar de gangbare term is voor niet-biologische producten, leerde ik in de aflevering van Broodje Gezond: Zijn biologische groenten gezonder dan niet-biologische groenten?

Als je de aflevering bekijkt, beginnen ze (ook) niet met het antwoord. Eerst volgt een sentimentsanalyse op de markt. Daaruit blijkt dat bioconsumenten zweren bij de gezondheidsvoordelen, terwijl de gangbare groep ook levend bewijs heeft van ziekteloze levensgangers. De smaaktest levert verschillen op, maar zonder te kunnen zeggen wat wat is.   

De presentatoren helpen ondertussen een handje mee op twee verschillende boerderijen. De bioboer laat zien hoe de bruine preibladeren aan de lopende band verwijderd worden. Dit bepaalt mede de duurdere prijs. Extra schoonmaakkosten voor de appetijtelijke uitstraling van slow grow groente.

Vervolgens trekken beide boeren hun kast met bestrijdingsmiddelen open. Of gewasbeschermingsmiddelen, zoals de gangbare groenteteler het vervriendelijkt. Bij de biologische middelen behoren ook alles-dodende varianten. Natuurlijk gif dus. Natuurlijk giftig, want ook de biologische groente moet beschermd tegen ongewenste mee-eters.

We hoeven echter niet bang te zijn dat iets van de pesticiden op ons bord belandt. Op Nederlandse bodem, zelfs binnen Europa, wordt streng gecontroleerd op sporen van allerlei enge en natuurlijke middeltjes. Wie de test niet doorkomt, kan onmiddellijk zijn zaakje opdoeken.

Dan komen de onderzoekers aan het woord. Biologische groente bevatten over het algemeen minder vocht en meer antioxidanten.  Maar wie voldoende groente eet, krijgt vanzelf voldoende antioxidanten uit gangbare groente.

En wat blijkt? Het lichaam is prima in staat de gebruikelijke hoeveelheden gif via de lever of nieren te verwerken. Ik flash back naar soortgelijke rustgevende openbaringen over het gezond werkende lichaam. Kransaders die bij fysieke activiteit hun verstopte of kapotte voorgangers vervangen. De darmwand die om de zoveel dagen compleet verschoond wordt. Niets dan lof voor de gereedschapskist van vlees en bloed!

Wie de reinigingskracht van het lichaam wil overmeesteren met bespoten groente, heeft daar een hele kluif aan. Op de laboratoriumtafel liggen de voorbeelden. Hoeveelheden gangbare groente dat de veiligheidsgrens aantipt. Bijvoorbeeld vijf kilo komkommers of broccoli. Combineren is mogelijk. Wie effectiever bezig wil, kiest voor een kilo kropsla. Maar voor alles geldt: elke dag, je hele leven lang.

Er is maar één conclusie mogelijk: wat zijn die groentes toch goed geregeld. Van binnen en van buiten onszelf. In Europa koop je geen biologische groente voor je gezondheid, maar voor de toekomst van de aardbol en haar bewoners. Dan hoeven we voor onszelf alleen nog maar gevarieerd te eten en regelmatig bewegen. Klinkt als goed bezig blijven.











zaterdag, juni 16, 2018

Externe column: Stress met stress bestrijden?


Mijn eerste en laatste column van het academisch jaar komt net op tijd. Op tijd om je te wijzen op het verband tussen concentratie en studeren, of welke mentale activiteit dan ook. Een zeldzaam aantal studenten maakt keurig op tijd een planning en houdt zich er zelfs aan. Uit ervaring blijkt dat ik daar niet toe behoor.

Ik ben het type dat op stoom komt wanneer ik de hete adem van een deadline in m’n nek voel. Elke poging ervoor resulteerde in hulpeloze vermoeidheid en verveling. Mijn oplossing leek logisch: eerst even iets leuks doen om energie op te wekken.

Voor de duidelijkheid: ik zette het niet op een soggen. Ik ontweek mijn studie niet, ik bereidde me er juist mentaal op voor. En dat deed ik door te gamen. Geen saaie spelletjes zoals Mahjong of solitaire Patience die mijn oma knikkebollend speelt (dat zou nog helpen ook, zoals je zult zien). Games waar je reactievermogen en tactisch inzicht u tegen zeggen. Stoppen na een uurtje zat er meestal niet in, want je stopt natuurlijk nooit op je hoogte- of dieptepunt.

Gek genoeg voelde ik me erna niet opgefrist en ik gooide het roer om. Mijn energie zou zich voortaan achter de schermen opbouwen terwijl ik rustig een serietje aan het kijken was. Het mocht helaas niet baten. De zin in nog een spel of aflevering verdween, maar productiviteit kwam er niet voor terug.

Herkenbaar? Gelukkig is er een fysiologische verklaring én een alternatief. Gevoelens zijn tweedimensionaal: positiviteit en intensiteit. Ondanks dat de spanning van je to-do list duidelijk tegenover sensationeel vermaak staat, zijn ze allebei van hoge fysiologische intensiteit. Hoe leuk je afleiding of voorbereiding ook is, je valt des te sneller in slaap wanneer je weer “echt eens wat wil gaan doen”.

Iets leuks doen om energie te krijgen voor het serieuzere werk is dus één grote grap. Het is alsof je, om trek te krijgen in je droge volkorenpasta met doorgekookte groente, eerst nog even een smeuïg boterkoekje naar binnen werkt. Dan kinkt het toch een stuk minder logisch.

Wil je wel wat energie opbrengen voor je studiediscipline, pak dan beide dimensies aan. Dan komen we terecht bij het dagdromen, wandelen en mediteren. En het heilige hazenslaapje, niet te vergeten. Nietsdoen is weliswaar zo onwennig dat het stressvoller kan zijn dan gamen, series kijken studeren bij elkaar. Zet het dan op het lopen. En vergeet niet je telefoon uit te zetten; voor je het weet, zit je weer intensief te doen. Misschien was een potje Patience zo’n slecht idee nog niet.







En in het Engels: https://www.cursor.tue.nl/en/opinion/hub-coumans/fighting-study-stress-with-stress/

donderdag, juni 14, 2018

Volgende stap in het schrijverschap


Vraag en er zal je gegeven worden. Na de blogs voor Waag society wilde ik het schrijven buiten mijn bekende boekje voortzetten, dus klopte ik aan bij Cursor. Of ik in mijn laatste stukje studententijd nog iets voor ze mocht betekenen. En zo was een tijdje later de volgende stap in het schrijverschap gemaakt.

Karig gekleed maar juist met ietwat teveel haar, sta ik nu officieel op de Cursor-website. Als één van de weinige columnisten zowel in het Nederlands en in het Engels te lezen. Alhoewel voortaan waarschijnlijk slechts in het Nederlands omdat Engels een onvergoed extraatje blijkt. 

Ondanks het academisch jaar alweer ten einde loopt, kan ik nog één columnpublicatie meepakken. Tweetalig en wellicht een tikkeltje te informatief voor een opiniestuk. Maar dat is dan ook maar een mening.

Nederlands
https://www.cursor.tue.nl/de-redactie/hub-coumans/

Engels
https://www.cursor.tue.nl/en/the-editorial-staff/hub-coumans/ 


Fotograaf: Bart van Overbeeke

woensdag, juni 06, 2018

Gedichten Intermezzo

Zwart-witte Wens
kan je niet bevelen
de toetsen te bestrelen
maar wil toch even delen
hoe graag ik je hoor spelen


Naast de potvissen
Als een potvis in een pot pist
heb je een pot vol potvispis
Opgeruimd staat netjes.

Echter is het minder fris
Dat zelfs geschoolde vissen
Gezamenlijk onzindelijk
Zeeën potloos onderpissen  

Zo zul je dat zoute water aan de kust

Verreweg minder gaan missen
 

In beeld
Verbrande autobanden
't beleg voor op je snee
Een zoetzachte donut
als zitbril op de plee
Roosgeurig shampooschuim
te volronde boezem
van een vrouwtjeschimpanzee
Haarscherpe inbeeldeningen 
Je maakt er al wat mee mee 

donderdag, mei 10, 2018

Oudje met een olifant in Pand P


Na twee jaar was ik weer bij de Write Now! prijsuitreiking te Pand P (Eindhoven). Voordat de zielen van mijn vrienden de vreugde konden verhogen, deed ik mee met de schrijversworkshop van Martijn Neggers.
Tips, tricks en de opdracht: zet een personage uit je favoriete boek neer in een nieuwe wereld en vul deze aan met dialoog. Ik dacht als eerst aan de hoofdpersoon van "De 100-jarige man die uit het raam klom en verdween". Bedenktijd is uit den boze met een limiet van tien minuten, dus Johan stond bij mij op papier al snel in de dierenwinkel. Achteraf realiseer ik me dat ik de hoofdpersoon en schrijver door elkaar haalde. En even later ook dat ik zelfs de naam fout had (Jonas Jonasson is correct, Johan Johansson blijkt een musicus). Hoe durf ik nog over een lievelingsboek te spreken?

Johan staat radeloos voor het schap. Hij had niet gedacht dat de dierenwinkel mogelijk geen olifantenvoer verkocht.
"Kan ik u helpen?", vraagt het meisje in een jurk vol kattenkoppen. "Nou, eh, ik ben op zoek naar olifantenvoer."

 "Heeft u dan een olifant?!" Het zou niet handig zijn opschudding te veroorzaken, ze waren ten slotte nog steeds op de vlucht.
"Nou, eh, niet op die manier. Gewoon, een circusolifant zeg maar".
De ogen van het meisje nemen hun oude vorm aan. "O, gelukkig. Ik schrok al."


De tijd was op. Ik moest stoppen, midden in mijn zeer korte verhaal ( ook wel ZKV genoemd, zo leerde ik ter plekke). Letterlijk in het midden, want dit waren pas 70 van de beoogde 200 woorden. Maar het had wel wat. Als je toch niet weet waar het zou moeten eindigen, waarom dan niet hier?

De jeugd van tegenwoordig (15+) speelde het klaar om in dezelfde tien minuten een doordacht en dubbel zo lang verhaal op papier te krijgen. Drie ervan droegen dit voor. Een autistische meisje op de achterbank, een zakdoek aanreikende gentleman en een alcoholiste die haar hondje zo miste (dit waren de personages, niet zozeer de sprekers).
Ik voelde me prima op m'n plek: achteraan in het workshopzaaltje. Als oudste en laatste binnengekomen, het plaatje compleet. Ik miste de huid van mijn beschreven dier om vooraan te staan.

Na de winnaressenuitreiking kozen wij, drie mannen, voor een moederdagtompoes van de AH. Uit de bonus en bovendien voorzien van een extra kortingssticker. De naborrel kon wachten, eerst nog even een toetje. Mijn troostproost hield ik tegoed.
We kozen ervoor het café op de hoek van onze straat te verkennen. Toen die dicht bleek te zijn, vonden we een bruin café met biljart en bier van de maand. Een pooltafel had volstaan, maar toen ik zag dat de gaten en overtollige ballen ontbraken, was ik helemaal het mannetje. Ook al heette het hier dan driebanden. Ik legde de regels en technieken uit waarbij ik dure woorden scheen te gebruiken, waarop ik zei dat ik dat nou eenmaal gewend ben door mijn opa. Dat hij en ik tussendoor een potje schaken omdat de carambole-reeksen hun tijd eisen.

Vervolgens produceerde ik drie kansloze schampertjes. Grijnzend van leedvermaak werd mij gevraagd hoe mijn opa hierop zou reageren. "Dat het een familiekwaaltje is." Daarna begonnen de reeksen te rollen en verdween het leedvermaak, alsmede een reden om het spel nog voort te zetten. We hadden ieder ons lolletje gehad, ik werd weer even serieus genomen. Je kunt ergens wel voor warmlopen, maar soms ontkom je niet aan het gênante inspeelproces. Wat dat betreft is biljarten net als schrijven. Zonder de zenuwen, sociale spanning en cognitieve frictie is er wellicht geen bal aan.




woensdag, mei 09, 2018

"Stuckholm" ontrafeld


Alweer bijna anderhalf jaar geleden zat ik een nacht en dag vast in Stockholm omdat ik mijn overstap op het vliegveld miste. Voordat ik daadwerkelijk naar Tampere vloog, ging ik terug om te zien hoe ik verkeerd had kunnen lopen. Het leek erop dat geen van de wegwijzers informatie gaf over de weg die ik had moeten volgen, zoals ik eerder beschreef: http://gielkens.blogspot.nl/2017/01/
Mijn voorspelling kwam uit: de correspondentie leverde niet meer op dan een schrijfexercitie. Ik probeerde in te spelen op het gevoel en het professionele imago van Zweden, maar zoals eerder ervaren is klantenservice wat dat betreft uiterst zakelijk: http://gielkens.blogspot.nl/2018/01/de-continuiteit-van-de.html

Op zich dus niks nieuws, alhoewel het vliegveld later een reactie stuurde met foto's waarop te zien was waar ik officieel het spoor bijster werd. Het blijft voor mij onaannemelijk dat een onervaren vlieger moet weten dat het bord "gates 1-10" de juiste richting aangeeft voor overstappers en niet het bord "terminal 4", als je gefocust bent op de 4. Intuïtief loop je zo met anderen mee de trap af en is er geen weg meer terug. Een kleine misstap voor de voet, een grote sprong achteruit voor het gemoed.
Bij dezen nog eens correspondentie van formaat:



Dear team of the Arlanda Airport,

At the first of January I was supposed to fly to Tampere to attend the mandatory introduction course of my international study semester. My New Year's Eve was quite uneventful because I was nervous for the half-yearly time I was about to leave, but also because I had never flown by myself nor with any layovers. Unfortunately I missed my flyover from Schiphol to Tampere at Arlanda in a sad way.

My ticket only said the number of the gateway, so as an inexperienced air traveler it seemed straightforward to just look for this number on the signposts. It was quite a long walk but I had heard of friends airports could be so big there were even shuttles traveling inside them. When I finally arrived at my assumed place of destination, I was told that I had to be at gate 4 of terminal 5, not terminal 4. Of course I had to be checked by the Customs again so even though I was running I arrived at a closed gate with 10 minutes left for departure, at 22:20. I asked around as quickly as possible but I didn't get much help of unconcerned employees. They referred me to the SAS airlines information desk which was already closed since 22:00 and the general information desk sent me to a non-responding baggage department. When I came back they only simply said I had to come back tomorrow. I didn't even know where to stay the uncertain night that was ahead of me.

After a sleepless night I was able to book the only available flight to Tampere and because it was in the evening, I had plenty of time to wander around the airport. I wanted to see which path I would had have to walk in the first instance to get on my layover flight. I was really shocked about the guiding signs. I couldn't go any further back than the baggage pick-up, but from there I made pictures of the signs as one would follow in the correct way: the first ten do not mention gates at all, and after the trolley parking, gates will be mentioned for the first time which even excluded the right gate 4b. It already feels wrong to walk through the trolley parking since its so quite there and even then one will turn around due to the absence of a signpost for gate number 4 (and all other numbers besides F5, F-26-69 for that matter). Afterwards one is supposed to go through the Customs check again which will finally lead to the first sign of gate number 4: a path no one could ever find without knowing better.

Experienced flyers do know better, but I think they will know better regardless of the signs and therefore the signs seem to be especially important to non-experienced flyers. First I felt very ashamed and stupid since I couldn't just follow the correct signs but after I had to book another flight and saw the succeeding signing boards again, I felt like it wasn't just me getting wrong.


It happened to me even more unexpectedly since everything else at the airport seemed so well designed and organised and Sweden is known for its sublime organisation in general. Tired of the nervousness before but finally a bit relieved of the first flight which had been going well, I felt like falling in a deep helpless hole when I missed my flight while the airport services' were closing. I only received my big baggage and was left alone with three pieces of luggage to drag with me and the message to just come back the day after. Regardless of the additional costs and missing time of my study introduction, it already was a shockingly unpleasant experience.

After you have seen the pictures I hope you will realize it's indeed quite strange and confusing for inexperienced and exhausted customers to get to their correct flight by innocently trying to get there on their own. And I suppose independent traveling is not something you aim to discourage.

I'm looking forward to a response and I would really appreciate some kind of compensation for this encountered ambiguity and unsympathetic experienced service.

Best regards,

Hub Coumans

- - - - - - - - - - - - -
Dar Hub,

We are hereby reverting with a decision on the matter.

maandag, april 30, 2018

Externe Satire: Easter egg app “Kies eieren voor je geld!” te goed verstopt



Op eerste paasdag (1 april 2018) werd de app “Kies eieren voor je geld!” gelanceerd. Hiermee werd het TU/e-terrein digitaal omgetoverd voor een paasgerelateerde puzzeltocht waarmee studenten op ludieke wijze een centje bij konden verdienen. Het vernuftige augmented reality speurspel bleef echter onbespeeld omdat het ging om een easter egg: een verborgen verrassing die niet makkelijk gevonden wordt.
Campusgangers konden in de prijzen vallen door virtuele eieren op te sporen en de juiste kleurencombinaties op hun mobiel in te voeren. De enige student die de app daadwerkelijk ontdekte was Güs Pegvögl, omdat hij zich verveelde tijdens zijn familielunch. “Ik zat door Tetris-gerelateerde spelletjes te scrollen en opeens dook er een paasei met eurotekentjes op”. Zo kon Güs de app downloaden en de spelregels achterhalen. Helaas verbleef hij tijdens de feestdagen in Duitsland en was niet in staat de app uit te proberen. “En ik hou nog zo van puzzelen. Heb ik weer.”
Wie het spel gemaakt heeft, blijft onduidelijk. Wel gaan er geruchten dat het een stel studenten betreft van de computervaardige codeerclub Rabbit’s Foot. De anonieme woordvoerder wilde verder niks kwijt over de app: “Mijn naam is haas.”

Bron: http://www.deslash.nl/archief/easter-egg-app-kies-eieren-voor-je-geld-zat-goed-verstopt/ 

zaterdag, april 21, 2018

Externe Column: Roboasic Income


I would like to have a robot for my household chores. All together those tasks require quite some time and their iterative nature seems like a clear case for automation. But it appears tough already for the State of the art “laundroid” to just fold dark clothing. Luckily robotics has a more fruitful potential yet than cleaning after spoiled students. Before robots go domestic, they can first flourish in their talent of taking over boring and burdensome tasks. And manufactories are the perfect places to start releasing exploited humans from this type of work.  

Unfortunately and interestingly enough, many people fear the rise of robotics for this particular reason. Because even in the most horrible working conditions around the world, unemployment is feared over exploitation. There is little gratitude in being freed from humiliating working conditions if it implies missing the money to survive. Makes sense.

From this perspective it seems unethical to implement innovation into industries. So should we deny factories of safer, cheaper, faster and more efficient processes? Technology in itself is never either good or bad and it would be a shame to not look for harmonious ways of adopting it. One solution has a pure ideology, but is rigorous to implement: the basis income.

With this comes the invalid fear of lazy people watching television at home all day long. Not you, your friends or family, but the other people. But studies show the importance of purpose that facilitate moments of happiness. Dare to assume “those other people” pursue happiness too. Properly introducing a basic income makes room for more meaningful to more meaningful (and therefore more productive) work. Imagine the hindsight amazement of future humans: “did some people just really have to do dreadful work to access basic needs? How barbaric!”  

Robots could do our dirty work (yet excluding our laundry) while removing one’s desperate need for any job just to pay for basic needs. Only then, the amazing technology that lets our minds shift towards meaningful purpose over mere survival, can be welcomed with open arms by everyone.






link magazine: https://issuu.com/intermania/docs/intermaniaaprilissuu_671a2fb0120c60/22

woensdag, maart 07, 2018

Externe Column: That's the Way to Play!

Thema van de Intermania: the way of life.


Not a shred of evidence exists in favor of the idea that life is serious. Sounds quite deliberating, doesn’t it? But pursuing reckless behavior may lead to serious problems, and life won’t be much fun either then. One of the reasons why the careless whisperer inside of you won’t hold for long is society. Whether it is about education, work or complying to the rules, the human social structure has its subtle and clear demands. Another seemingly freedom facilitating statement is YOLO. While it is used to justify risky or unthoughtful actions, reasoning could also go the other way around: because you only live once, you should rather think more seriously what to do with the only life you have (cats excluded).

However, play does apply broadly in the “serious world” without social side effects. The power of play resides in the aspect of allowed experimentation in a context similar to a real-life counterpart, but partly unknown and therefore interesting. Because trial-and-error provides a feedback loop in a safe but intriguing environment, one is able to learn through enjoyment and excitement.

If clear goals come into play, it’s a game. Since goals are omnipresent and games are intuitively fun, an innovative concept has arisen: gamification. It is distinct from actual games by the practice of applying game-like mechanisms in a non-game context. This is basically saying: making everything fun that isn’t fun yet. Imagine being as engaged in learning calculus as in watching series.  

Unfortunately, realizing both fun and functionality is easier said than done. If you ever started with Codecademy but haven’t finished a course, that’s your own empirical evidence of non-optimal gamification. Many caveats and even destructive side effects exist which you wouldn’t aspect of making things fun and playful. Therefore the need of research is crucial.

During my graduation project I will attempt to contribute to this lack of scientific knowledge and hopefully making life a little less serious but still letting it live up to the demands of society. The best of, and the best for both worlds. I take my graduation project itself quite serious though; You Only Live Once after all.



vrijdag, maart 02, 2018

Externe blog: Digitalisering voor sociale verbinding


De afgelopen vier weken kwamen buurtbewoners en andere betrokkenen in Buitenveldert bijeen om de gemeenschappelijke waarden te bespreken en deze door middel van co-creatie toe te passen op de thema’s duurzaamheid en mobiliteit. Dit valt precies samen met de insteek van het project 'Mobility Urban Values' (MUV), waarvan deze pilot een onderdeel was. 
Daarnaast waren de sessies een manier voor de deelnemers om kennis te maken met elkaar én de innovatieve ondernemingen gerelateerd aan dit project. Tijdens de afsluitende bijeenkomst testte de groep een eerste digitale mock-up. Het merendeel van de ouderen bekeek deze direct op hun eigen smartphone. Het prototype, in de vorm van een app, is de eerste concrete vertaalstap op basis van de concepten die uit de eerdere sessies voortkwamen. 
Etentje als buurtactiviteitHet organiseren van sociaal-stimulerende activiteiten kwam in alle drie de samen gecreëerde concepten terug. Dit maakte het mogelijk de gewenste concepten te combineren in één ontwerp. De voorgelegde app is een platform voor buurtactiviteiten, waarbij het concept van het buurtetentje functioneel is uitgewerkt. Hierin wordt elke deelnemer gestimuleerd om iemand anders mee te nemen, met speciale aandacht voor buurtbewoners die slechter ter been zijn. Zij kunnen via de app aangeven dat zij vervoer nodig hebben, zodat andere deelnemers hun vervoer kunnen aanbieden. Naast de doelen van het samenzijn en nieuwe mensen bijeenbrengen (een intrinsieke waarde van Buitenveldert), wordt een puntensysteem gehanteerd om actieve en behulpzame deelnemers extra te belonen. De punten zijn te verzilveren voor verschillende doch lokale baten, zoals bijvoorbeeld een kop koffie, bos bloemen of kortingsbon bij de boekwinkel.
Kritische kijkDankzij de nieuwsgierige en doordachte houding leverde het testen van het prototype belangrijke inzichten op. Uiteraard waren er vragen omtrent de totale functionaliteit die toe te rekenen zijn aan de onvolkomenheid van een prototype, maar ook de uitgewerkte functies bleken voor verbetering vatbaar. De belangrijkste punten waren transparantie, informatie en communicatie. De uitleg van functies werd gemist en de presentatie van informatie moet kort maar krachtig zijn (scrollen is niet gewenst). Ook zou het taalgebruik persoonlijker mogen zijn. Bovendien werd het gebruik van überhaupt een smartphone app in twijfel getrokken: waarom zou men niet gewoon kunnen bellen of de computer gebruiken?
SpelelementenIn de eerste versie werden de spelelementen met gemengde gevoelens ontvangen. Naast het puntensysteem worden deelnemers via de app gestimuleerd om naast onbekenden te gaan zitten door van de tafelverdeling een puzzel te maken. Zowel deze functie als het puntensysteem bleken soms af te leiden of dwars te zitten. Tegelijkertijd lijkt ook hier de duidelijkheid en incompleetheid een rol te spelen: zodra de bedoelde functie toelichtten en er alternatieven naar boven kwamen, leek het van meer toegevoegde waarde te kunnen zijn.
Essentiële vereisten vanuit BuitenveldertToen we de deelnemers vroegen te stemmen op de essentiële vereisten aan het uiteindelijke app-ontwerp, stond de eenvoud en vanzelfsprekendheid overduidelijk bovenaan. Daarop volgde de vereiste dat de app mensen uit verschillende culturen bij elkaar moet brengen. Een gebruiksvriendelijke wens die recht op het doel afgaat: het verbinden van mensen en cultuur, kenmerkend voor de groep bewoners in Buitenveldert.
Vooruitzicht
Nu de bijeenkomsten erop zitten, is het enerzijds afwachten op terugkoppeling van de input op Europese schaal, maar anderzijds is er een solide kring ontstaan van buurtbewoners die verder willen gaan met een verfrissende aanpak om de buurt te bevorderen. Tot een daadwerkelijke app teruggekoppeld kan worden, zal Waag Society in ieder geval de communicatie van betrokkenen willen faciliteren.

Bron: http://waag.org/nl/blog/digitalisering-voor-sociale-verbinding
In het Engels: http://waag.org/en/blog/digitalisering-voor-sociale-verbinding


Als vervolg van het MUV project: https://www.muv2020.eu/
Ik ben nu even de actiefste blogger van Waag Society, in zoverre dat deze niet gelijk ge-upload werd omdat het anders teveel van hetzelfde zou zijn op de site.

woensdag, februari 21, 2018

Externe blog: Eerste stappen gemaakt voor mobiliteit en duurzaamheid in Buitenveldert

Hier de link naar mijn eerste blog geschreven als stagiair voor Waag Society!
http://waag.org/nl/blog/aan-de-slag-met-buurtbewoners-buitenveldert 
Ik moest om met naam genoemd te worden, wel een eigen profiel hebben op de website.
Die is er nu dus ook: http://waag.org/nl/users/hub-coumans




zaterdag, januari 13, 2018

De Continuiteit van de Correspondentiebrieven


Corresponderen zit in de genen. Al dan niet direct door het genotype, dan wel door het fenotype met het aangeleerde gedrag jezelf te ontwikkelen. In dit geval om scherp te kunnen formuleren en er wellicht nog iets aan over te houden. Mijn moeder werd (met centjes?) gestimuleerd om o.a. de koningin aan te schrijven. Ze schrijft nog steeds het één en ander aan en vaak met succes (alhoewel voor zakelijkere doeleinden dan een snotlap van hare majesteit). Op mijn beurt werd ik getriggerd door de mogelijke opbrengst van zulke brieven: het leverde gratis geconverseerde kersen en zakken chips op. Zo is het er met de snacklepel ingegoten.

Waar mijn moeder de Zakdoek van Adel achter zich liet, wisselde ik op mijn beurt de snacks in voor hogere idealen. Klachten, opmerkingen, vragen, een poging tot gedachte-uitwisseling en geestverrijking over en weer.. Je leert dat de correspondentiepartner belangrijker is voor de uitkomst dan de daadwerkelijke brief. Vroeger was het spontaner, persoonlijker. Mijn moeder ontving nog wel eens een sympathiek antwoord met een sportief compromis als er iets niet in de haak bleek. Nu begint elk antwoord standaard met een verontschuldiging en medeleven, cynisch in contrast met het vaak teleurstellende, misplaatste bericht eronder dat mede kant en klaar gekopieerd wordt voor gecategoriseerde gevallen.  

Desalniettemin geef ik het aanschrijven niet op. Laatst had ik nog succes bij Dopper, de populaire plastic-flesjes-fabrikant die zich om milieu en gezondheid bekommert. Zoals ik al zei, hangt het resultaat van de andere partij af en ga ik ervan uit dat een onattente klacht het klusje ook geklaard had. Echter gaat het om het aangeleerde gedrag scherp te kunnen formuleren, waar de focus des te meer ligt nu antwoorden vaak semiautomatisch gegenereerd blijken.

Naast klantenservices schreef ik afgelopen kwartaal ook naar evolutiepsychologen om de reisverlangens van menig mens te verklaren. En reageerde ik op het zelfontwikkelingsboekje “Je bent wie je wordt” van &samhoud, een consultancy bedrijf dat prijzen heeft gewonnen voor de prettige werksfeer binnenshuis. De prijs voor prettige communicatie buitenshuis hebben ze niet en dat verbaast me allerminst. Ondanks ze zelf de lezer uitnodigen op hun filosofische aanpak te reageren, kreeg ik geen bericht terug. Niet eens een onpersoonlijk semi-geautomatiseerd bedankje.

 Wederom een reden om je op je eigen proces te concentreren. Het klinkt meditatief: richt je op het proces, niet de uitkomst. Als er weer een mail naar tevredenheid de deur uit is, heeft dit inderdaad wel wat zelf-therapeutisch. Toch zou het leuk zijn ook een representatieve respons te krijgen. Of desnoods een zak chips.