donderdag, december 26, 2013

Kritisch op kritiek

Hoe hoog is de grootste berg op aarde? Is dat hoger of lager dan 1500 meter? Waarschijnlijk is het antwoord meer. Heel interessant is dit antwoord op zich niet. Maar wat is dan de absolute hoogte? Dit antwoord is wel interessant in combinatie met het antwoord op de laatst volgende vraag. Hoe hoog is de grootste berg op aarde? Is dat hoger of lager dan 6500 meter? En wat is dan de absolute hoogte?

Objectief kunnen schatten blijkt in het algemeen niet voor te komen. Tenzij de ondervraagde een bepaalde voorkennis bezit natuurlijk.  De waarde die wordt gegeven is bepalend voor het “absolute” antwoord, wat dus juist zo relatief blijkt te zijn. Een voorbeeld dat misschien beter is: vragen naar het inkomen van de directeur van de TNT, omdat mensen hier een slechter beeld van hebben. Is het hoger of lager dan 50.000, of hoger of lager dan 3.500.000 euro? De open vraag daarna is dan beantwoord met significant hogere saldo’s bij de 3.500.000 vraag dan bij die van 50.000.

Dit alles is om aan te tonen hoe relatief het menselijk denkbeeld is. Ander voorbeeld; een jongetje wil een Xbox, iPhone en Macbook voor zijn verjaardag. Omdat zijn ouders dat toch een te verlangend lijstje vinden, zegt hij dat hij al heel gelukkig zou zijn met alleen een iPhone. Zijn ouders zijn dan eerder geneigd om een iPhone voor hem te kopen dan wanneer hij in eerste instantie alleen een iPhone vroeg. Dit staat bekend als de “face in the door” techniek. Het relatieve denken houdt daarnaast ook de consumptiemaatschappij aardig op gang omdat de flatscreen van de kenissen relatief veel flatter is.

Ik zou hierop verder kunnen gaan, dat dit slecht kan zijn voor het “verzadigings”gevoel van de maatschappij. Het gaat mij echter nu om het feit dat dit verschijnsel ook kan voorkomen in de beoordeling van leraren. Krulletjes en kruisjes zetten bij de Engelse woordjes is nog te doen. Maar bij mondelingen, betogen en presentaties is het moeilijker objectief te blijven. Persoonlijke banden kunnen van invloed zijn op het beoordelingsproces. Lievelingetjes scoren bijvoorbeeld hoger. Ook persoonlijke interesses spelen een rol; vanaf het moment dat ik zei dat ik saxofoon speelde, kon ik niet veel meer fout doen bij het vak Acoustic Awareness. Stel je voor dat ik én het lievelingetje ben én de leraar in de ban is van de sax. Dan is elk vak zo in de pocket.


Geen ramp in eerste instantie, maar als ik diezelfde vakkennis nodig heb bij een werkgever die haat aan houtenblaasinstrumenten heeft en vind dat ik maar een arrogante rotkop heb, is de roze bril ver te zoeken. Daarom zou het handig zijn als er maar één nakijker was. Of één groep nakijkers, die alles ter wereld met elkaar relativeert en beoordeelt. Als God die taak op zich zou nemen, zouden we een stap dichterbij zijn. Maar helaas is er nog nooit een tien voor mij uit de hemel komen vallen, en is er bovendien nog geen unaniem besluit over wie nou precies de enige echte god is. En laten we kritisch blijven; dat zal er waarschijnlijk nooit van komen. Dus zullen we ons moeten aanpassen op de hedendaagse vorm van kritiek. En daarbij zo nu en dan hard werken, maar vooral veel imponeren en slijmen.
Dit koppel geeft zeer consistente beoordelingen; alles is gewoon slecht

2 opmerkingen:

J.W. zei

Dus Hub, als ik van voetbal hou,
van sax, schaken en zo meer,
gegarandeerd vind ik jou,
een sympathieke peer.

Unknown zei

foei hupie, zo heb ik jou niet opgevoed, ga je mond spoelen. en ..i hoop dat je een beetje tegen absolute kritiek kan, want..er staat toch echt een fout in je artikel, of je nu sax speelt of niet..