vrijdag, september 14, 2007

Potig spul 2

Toen ik beneden kwam, zat de vorstin tussen haar onderdanen.
"Maakt U die kettingen zelf?" vroeg een van haar onderdanen.
De vorstin knikte.
"Die rode vond ik wel heel erg mooi" zei de onderdaan.
"Ja" zei de vorstin," daar heb ik ook het meeste werk aan gehad, maar er zijn enkele schakels uit."
"Maar ze is erg mooi", zei de onderdaan, en haar ogen glansden alsof ze een nieuwe partner ontmoette.
"Ik begrijp het", zei de vorstin, "ik zal ze herstellen en dan mag je ze hebben."
De ogen van de onderdaan glansden als nooit tevoren, en die van de andere begonnen nu ook glans te krijgen.
"Ik begrijp het", zei de vorstin, "jullie mogen er straks ook een uitzoeken.."

De onderdanen keken zeer verheugd.

Even later trof ik er eentje aan, de jongste met een bruin hoofddoekje, staande op de serrekast om boeken af te stoffen en te ordenen.
"Pas in godsnaam op", zei ik
Er werd gniffelend gelachen.
"Ze gelooft niet in God", zei een van de potigen.

"Allah zal me beschermen, als het hem behaagt", zei het hoofddoekje.
"Vanavond begint de ramadan", voegde ze er aan toe, alsof ze meende dat ik dat node moest weten.
O", zei ik,"dan mogen jullie niet veel meer?"
"Nee", zei ze, "na zonsondergang geen eten, drank, roken of seks."
"En overdag?"
"Halen we alles in, natuurlijk."

Ze behoorde dus, op haar manier, ook tot het potig spul.

Waren we een dag eerder ook niet naar de Gamma , wat zeg ik, geweest?
"Hier moeten we zijn," had de vorstin gezegd, en ze had een papiertje te voorschijn gehaald.
We stonden voor de huishoudladdertjes.
"Die moeten we hebben", zei de vorstin, "die van 4,25 meter, met vier trapjes en een bordes."
Maar hadden we niet al die jaren ons eigen laddertje gehad?
En was dat niet goed genoeg?
Nee, we moesten nu dat laddertje van het papiertje hebben.

"Goed dat U dat laddertje hebt gehaald", zei het hoofddoekje nu, anders was het hier een troep gebleven."
Wat mij betreft is Jes weer spoedig de oude.

Hoewel ik haar nog niet op die kast zie staan.

Geen opmerkingen: